Nora
van Krimpen

Belevenissen

Van het pad

2 september 2016

Na een zeer wisselvallige zomervakantie, waarin zich weinig gelegenheid voordeed om nog even met de tent weg te gaan, begon de 1e werkweek weer. Je kunt het al raden, de verwachtingen werden prompt tropisch. Gelukkig kon ik wat dagen wisselen die week, dus wij gingen er nog even tussenuit. Gewoon op een doordeweekse woensdag.

Het Pieterpad stond al een tijdje op mijn lijstje, wandelen door de natuur is altijd de manier om tot rust te komen, al werd het wel erg warm, +30 graden. Texel was een andere optie, maar het bloed kruipt nu eenmaal waar het niet gaan kan. Dus onder het mom van 'Dan is het in ieder geval rustig', togen wij naar Holten om vanaf daar naar het noorden te lopen, zo hadden we het zonnetje in de rug. Inmiddels hebben we de etappe Holten- Hellendoorn in de benen zitten en zit ik dit bij lamplicht voor de tent te schrijven. Het was geen lange etappe, slechts 15 km en nog eens 4 extra voor de camping, maar hij voelde veel langer. Het was erg warm en de rugzak was zwaarder dan normaal, vanwege de tent. Maar het was het beetje afzien absoluut waard, want wat een schitterende route was het, zo over de Sallandse heuvelrug.

Overal bloeiende dieppaarse heide, een strakblauwe lucht, zoetkruidige dennenharsgeur en werkelijk muisstil. We hadden praktisch de hele route voor onszelf alleen, want wie is er nou zo gek om op een snikhete dag naar de hei te gaan?

In Hellendoorn vonden we een lommerrijk terrasje om het geringe vochtgehalte bij te vullen. Daar moeten we het voorlopig mee doen, want op de idyllische natuurcamping Eleberg, waar we nu zitten, is van alles en nog wat, maar harstikke dicht. Gelukkig hebben wij onderweg goed gegeten met een leftover groenteprutje, restje tortilla van de Lidl en een knapperig vers broodje bal, gelardeerd in een magnifiek uitzicht. De sterren staan nu prachtigte fonkelen in een zwartfluwelen firmament. Egeltjes ritselen op de achtergrond. Benieuwd wat morgen brengt.

Na een enigszins koud en lawaaierig nachtje- te danken aan Bever voor het niet op tijd wassen van mijn slaapzak en buurman boer die op onchristelijke tijden aan het oogsten is- even lekker een paar baantjes getrokken in het onverwarmde verfrissende zwembad. Toen snel opgebroken, afgerekend en verder getrokken. De eerste paar kilometers waren door vredig, loom boerenlandschap over karrenpaden door de velden. Her en der idyllische huisjes verstopt achter grote eikenbomen. Ondanks de scenery was het behoorlijk afzien in de volle zon. De temperatuur was inmiddels al opgelopen tot 30+ graden. We zijn niet van die vroege vogels en dat heeft soms nadelen. We hadden nog niet ontbeten, dus toen we wat appels zagen hangen aan een boom, was dat een aangename verrassing. Helaas bleken ze nog niet rijp. Wrang en gortdroog waren ze, niet te eten. Het leverde wel een steek van een daas op, waar ik sinds het processierups-debacle in de pyreneeen nogal heftig op reageer. Scheisse! Na een uurtje drijfnat gelopen te zijn, arriveerden we bij het Hof van Salland, waar we genoten van een ontbijt van koffie, appeltaart & slagroom. Het feit dat het eigenlijk al lunchtijd was en het etablissement elke dag lunch serveerde, behalve donderdag (het was een donderdag) en dat de appeltaart het enige alternatief was, deed niks af aan de smaak van die taart, want die was echt goddelijk.

Er schoven nog een paar wandelaars aan het tafeltje achter de onze. Ren, de onverbeterlijke kletskous, kwam met ze in gesprek en men had het al rap over de Camino Frances die ze in september willen ondernemen en waarvoor ze nu vast aan het oefenen waren. Grappig te constateren dat zoveel mensen met dezelfde thema's bezig zijn. Uiteindelijk draait het toch om rust vinden in je hoofd. Enerzijds is langeafstandswandelen daar het perfecte middel voor. Anderszijds is het eeuwig doorstappen een onrust op zich. Altijd weer die worstelingen met rugzakken en routes, knopen doorhakken. Hier overnachten of toch nog even verder? Ik denk veel onderweg, maar het blijft meestal heerlijk eenduidig, een ding tegelijk. Als ik dan weer thuiskom, merk ik dat het zeker rustiger is in die bovenkamer. Het was goed toeven op dat terrasje. De serveerster was een engel, ze bracht ons een karaf water met ijsblokjes. Eenmaal uitgezweet en bijgekomen werd het tijd om de route weer te hervatten. Na Lemele liepen we het bos weer in, wat langzaam overging in een heuvel en schijnbaar oneindig heideveld. Staande op de heuvel, zag je bijna alleen bos en zeer weinig bebouwing. O, kon het zo maar overal zijn! De natuur hier is overweldigend en doet niet Nederlands aan. dit had ik nooit verwacht van Overijssel, een provincie die bij mij associaties van vlakke graslanden en truttige ansichtkaarten oproept. Het was nog 9 kilometer naar Ommen en we liepen vredig en gestaag door. In vroeger tijden moesten de inwoners van Lemel elke zondag dit stuk heen en weer lopen om de kerkdienst in Ommen bij te kunnen wonen. In weer en wind, na een 6 daagse werkweek op het land. Arme drommels.

Ons tempo lag laag, het was bloedheet. Zodoede kwamen we pas rond 18.00 uur in Ommen aan, inmiddels het beloofde land van campings en versnaperingen. Er moest een camping gevonden worden, we wilden de plichtplegingen snel afhandelen en relaxen. De dichtstbijzijnde was geheel verzorgd en had live muziek. Niet echt ons ding. De tweede lag iets verder van Ommen, maar was heerlijk rustig. Er was een plekje vrij in de gouden avondzon, pal aan de Vecht. Wat een idylle. Toen ons tentje stond, schoten we snel zwemkleding aan om er lekker in te plonzen. Wat een weldaad!

Onze buren boden ons koffie aan. Hoe lief is dat? Maar de inwendige mens wil ook graag voedsel, dus strompelden we richting Ommen voor een vers drankje en een eenvoudige doch voedzame maaltijd. Een wandelaarsmmaag is snel gevuld. Dat lijkt onlogisch, maar je lichaam past zich snel aan; het wil licht zijn en geen overtollige zooi bij zich hebben. Dus krijg je minder trek en eet je alleen gezonde kost. De lucht explodeerde in oranje, paars en rood. Een bijzonder spectaculaire zonsondergang, reflecterend op het water van de Vecht. Na dit ommetje maar weer terug naar de tent. Wat lag dat lekker! De bodem was zacht en het was absoluut niet koud. In no time was ik vertrokken. Helaas duurde dat niet lang, want ik schrok wakker van harde muziek en vals gezang. In eerste instantie berustte ik mij erin, tenslotte was het voor iedereen vakantie en we waren best vroeg gaan pitten. Maar na een tijdje kon ik het toch niet laten om op de klok te kijken, die gaf 02.15 uur aan. Dit was niet leuk meer. Toen toch maar opgestaan en ff checken of die grafherrie inderdaad bij die camping vandaan kwam. In dat geval kon ik bellen en lekker klagen. In mijn hemdje en op blote voeten struinde ik het pad af. Helaas bleek het geluid van een andere plek af te komen. Vette pech, weinig aan te doen. Gelukkig stopte het al snel nadat ik mij weer in tent en slaapzak geworsteld had.

De volgende ochtend even een sapje gedronken, wederom aangeboden door onze sympathieke buren. Mijn bovenbeen was opgezwollen door de dazesteek en we wisten niet of het nu wel zo slim was om verder te wandelen. Maar om nu in Ommen de trein terug te pakken naar de auto, voelde ook niet goed. Dus na een drogisterij bezoekje werd het toch maar stief doorwandelen en kijken waar het schip strand. En zo tippelden we 2 uur lang door. Eerst door de buitenwijken van Ommen, toen over de weg, door bos en wei. De route was heus wel mooi, maar veel eentoniger dan de vorige etappes. Ook liep het veel meer over verhard terrein. Het was alweer bloedheet en toen we een camping met terras tegenkwamen, was een koud glas sinas zeer welkom. Even google maps raadplegen waar we zitten... ai, 5 km links van Ommen? We moesten juist naar rechts! We konden het aanvankelijk niet geloven, maar het bleek dat we domweg het verkeerde LAW-pad hadden gevolgd. Wat een sof! Het was ook al veel te laat en te ver om nog om te keren. Toen berustten we ons in het lot en zijn we maar naar de bushalte gelopen richting Zwolle, om het autootje op te zoeken. Uiteindelijk werd dat ook nog een hele tour; eerst een uur wachten op de bus, uitstappen in Dalfsen omdat we niet genoeg contant geld bij ons hadden, een kaartje kostte ons 16 euro(!) Gelukkig was de buschauffeur super fideel en liet ons meerijden. Aangekomen in Dalfsen de Vechtdallijn gepakt naar Zwolle. Op station Zwolle ruzie gekregen met de plaatselijke OV chipknip lader. Van Zwolle een half uur met de trein naar Wierden om daar weer over te stappen richting Apeldoorn. Krap 2.5 uur na de ontdeking van onze vergissing waren we in Holten, waar we nog maar een versnapering dronken om bij te komen om vervolgens de thuisreis te aanvaarden.